Hoe kinderen de patronen zichtbaar maken die jij ooit moest wegstoppen
Tijdens een tweedaagse training over de polyvagaaltheorie raakte ik in gesprek met een collega PMT-therapeut. Ze herkende zich sterk in de fawn response – die overlevingsstrategie waarbij je je automatisch aanpast, pleast, en de harmonie bewaart. Het had haar een burn-out opgeleverd.
Jarenlang hield ze alles draaiende voor haar cliënten, haar gezin, haar omgeving. Tot haar lichaam op de rem trapte.
’s Avonds, aan een keukentafel, vertelde ze me over haar kinderen. Twee van hen kregen op jonge leeftijd een diagnose binnen het autismespectrum. Haar oudste zoon kon zich niet voegen in groepen. Haar dochter smeet zonder aarzeling de deur dicht voor het gezicht van vriendinnen.
“Ze doen niet wat hoort,” zei ze zacht. “En soms voelt dat als falen.”
Maar toen kwam er iets in beweging. Ze begon te zien: Het zit in de genen. Autisme aan haar kant. Aan die van haar man. Een generatie terug.

Ik vroeg haar: wat heb je geleerd als ouder?
Ze antwoordde:
“Om onvoorwaardelijk van mijn kinderen te houden. Niet alleen als ze zich gedragen, maar ook als ze uit de toon vallen. Juist dan.”
En de spiegel?
Ze werd stil.
“Dit is mijn fawn. Mij kinderen doen niet mee”. Ze zijn niet afgestemd op de andere. En dat maakt iets in mij wakker. Want ík heb mijn hele leven juist wél geprobeerd mee te doen. Te pleasen. Te passen.”
Ze vertelde over haar moeder, jarenlang psychisch ziek. Hoe zij, als kind, stil werd. Zorgend. Aanpassend. Onzichtbaar. En hoe die strategie haar later opbrandde.
“Ik heb hier nooit eerder zo over nagedacht,” zei ze. ‘‘Maar nu valt alles op zijn plek”.
Vaak komt inzicht niet uit een boek. Maar uit een gesprek. Aan een keukentafel. Tussen de soep en de wijn.
En jij? In welke spiegel kijk jij, elke dag opnieuw?
Marina van Dansik – oudercoach en therapeut in Haarlem